Gezinsblad 11 Van Bavel
Peter- en Meterschap
Ik maakte vanmorgen mijn vaste wandeling met onze honden, en op de Bredaseweg vond ik opnieuw een mooie spreuk bij een huis voor het raam geplakt: "De kunst van het leven is thuis te zijn alsof je op reis bent." Van Godfried Bomans (1913-1971). Ik voel me thuis in het familieverleden, op momenten dat ik steeds meer te weten kom van mensen die me dierbaar zijn. Maar ook familieleden die ik niet ken, komen dichterbij en ik leer hen kennen. Een mooie reis die ik ondertussen alweer meer dan dertig jaren maak. Ik vind het volgende citaat van Godfried ook heel mooi: "De geschiedenis is het heden, gezien door de toekomst." Beschrijf ik hierbij alles zoals het zich in het verleden ook werkelijk heeft voorgedaan? U mag ervan uitgaan dat ik mijn best doe, en de waarheid geen geweld wil aandoen. Laat ik afsluiten met een aforisme, opnieuw van Godfried: "Veel mensen danken hun goed geweten aan hun slecht geheugen."
En nu het verhaal over mijn peetoom en peettante. Laatst sprak ik mijn nichtje Marjolein en ze gaf hierbij aan dat ze vroeger als kind bang was van ome Jan vanwege zijn grote bolle donkere ogen en zijn stuurse blik. Achter deze blik verschool echter heel veel humor, ik zie hem nog tijdens een logeerpartijtje op een zaterdagmiddag in de kamer staan, hij draaide zijn favoriete muziek van Willeke Alberti, en had hij een borreltje in de kast staan waaraan hij zo af en toe nipte. Tegelijkertijd keek hij me aan zonder iets te zeggen, waarbij hij zich toch enigszins betrapt voelde. Ik wierp een blik van goedkeuring en vervolgens kwam er een voorzichtige glimlach op zijn gezicht. Tevreden nam hij een trek van zijn shaggie zodat zijn vingertoppen bruin bleven van de nicotine. Zijn bolle ogen waren te wijten aan schildklierproblemen al op jonge leeftijd en waaraan hij geopereerd was.
De term peterschap (vrouwelijk equivalent: meterschap) verwijst naar de rol van (doop)peter en (doop)meter. We praten over de nieuwe start met een vader en moeder die in het geloof geloven. Grootouders, ooms en tantes worden meestal peter of meter genoemd. Peter is afgeleid van het Latijnse woord 'pater' (vader). Meter (Mater) komt van het Latijnse woord voor moeder.
Bij een katholieke doop worden doorgaans twee getuigen gevraagd: een (mannelijke) peter of peetoom en een (vrouwelijke) meter of peettante. Deze peetouders zijn samen de doopborgen. Naast hun functie als getuigen, wordt hen ook gevraagd een bijzondere zorg en aandacht te besteden aan de katholieke opvoeding van het kind, in het bijzonder wanneer het kind zijn beide ouders zou verliezen.
Ik werd op de dag van mijn geboorte meteen gedoopt, ter voorkoming dat ik bij overlijden niet in de hemel zou komen. Volgens de katholieke leer kan niemand zalig worden zonder het doopsel, omdat alle mensen besmet zijn met de erfzonde en deze slechts door het doopsel worden uitgewist. De gangbare leer zei overigens wel dat, ofschoon ongedoopte kinderen niet het eeuwig geluk van de hemel konden genieten, ze in het voorgeborchte van de hel een zeker natuurlijk geluk zouden krijgen. Dit dogma, dat door de kerk meermaals is verkondigd, wordt gebaseerd op de woorden van Christus tot Nicodemus (Johannes 3, 3-6): 'Waarachtig, Ik verzeker u: alleen wie geboren wordt uit water en geest, is in staat het koninkrijk van God binnen te gaan.' Bij de Protestanten lag het een stuk eenvoudiger: de mens wordt door het geloof gerechtvaardigd.
Ik werd geboren op 5 mei 1955 om 5:30 uur in de ochtend, de derde vrijdag van de maand, de verjaardag van Anton Corbijn. Op deze datum zijn Annie M.G. Schmidt (1911), Boudewijn de Groot (1944), Cher (1946), Joe Cocker (1944) en Max Euwe (1901) geboren. De hoogste temperatuur die dag was 13,2 graden en de laagste was 6 graden. Deze dag was ook de 140e dag van het jaar. Mijn sterrenbeeld is Stier. In de Chinese astrologie valt deze dag in het jaar van de Hout Geit. De zon kwam op om 5:40 en ging onder om 21:33. Er was 5% van de maan te zien. Die dag telde Nederland ongeveer 10.734.077 inwoners, waarvan 50,18% vrouwen. De populatie groeide rondom deze datum met gemiddeld 389 per dag.
Het kind werd in het verleden vaak naar de peetoom of peettante genoemd, vooral als de naam tijdens de doop werd vastgesteld. Op 20 mei gingen mijn oom Jan en tante Trees, als peetoom en peettante, naar de Vredeskerk in Tilburg. Ze lieten mij dopen met de volgende namen: Johannes, Theresia, Hermanus, Maria. Hoe zijn ze aan deze namen gekomen?
In de jaren zestig van de negentiende eeuw ontstond in Nederland onder katholieken de traditie om alle kinderen, ook de jongens, de naam 'Maria' als een van de voornamen te geven, meestal de laatste voornaam. Rond die periode was het ook een tijdlang traditie om de oudste dochter van het gezin de naam 'Maria' te geven.
De voornamen van Johannes en Theresia spreken voor zich, dat zijn de doopnamen die verwijzen naar mijn peetoom en peettante: Jan en Trees. Het was toen ook gebruikelijk dat de peetoom en peettante de roepnaam kozen. Natuurlijk in goed overleg met de ouders van de boreling. Mijn oom en tante stelden de roepnaam 'Jan' voor, maar dat viel bij mijn moeder niet in de smaak en ook Johnny vond ze te Engels. Dus werd het 'Hans'.
Hans is een jongensnaam die een verkorte vorm van Johannes is. Dit is een Hebreeuwse naam met de betekenis 'God is genadig'. De naam Hans wordt door 33.500 mannen gedragen. Hij werd vooral veel gebruikt tussen 1930 en 1970 en wordt meestal als eerste naam gegeven.
Genoeg over mezelf, maar wie waren mijn peetoom en peettante? Mijn peetoom, Joannes, Franciscus, Maria, uit de familietak Van Bavel, *28-01-1917 +14-02-1984 (overleden aan keelkanker), is bekend binnen deze kroniek en kunt u vinden op de pagina's 'Genealogie Van Bavel'. Ik heb met name een genealogisch onderzoek verricht naar de familie Nieuwenhuis en Kaak, de ouders en voorouders van mijn peettante Trees: Theresia, Jacoba uit de familietak Nieuwenhuis. En familie van Gorcum wordt vermeld i.v.m. de directe en indirecte relatie met Trees en Jan.
Royal Kaak in Aalten
Die dag, 25 juni 2021, vierde het bedrijf haar 175-jarig bestaan en werden tevens de in al die jaren verkregen specialisaties binnen één merknaam gebundeld, Kaak. Al sinds 1846 heeft Kaak kennis en ervaring opgedaan op het gebied van bakkerijtechnologie, van standalone machines tot een integrale aanpak voor complexe en geautomatiseerde bakkerijlijnen. In al die jaren opgebouwde expertise worden dagelijks omgezet in verwachtingen meer dan waar te maken – van silo tot truck. Hiermee heeft Kaak haar positie als unieke, duidelijke leverancier en aanspreekpartner voor bakkerijen wereldwijd verstevigd.
De plek waar het begon
Wilhelmus Bernardus Kaak
*05-04-1887
Stef Kaak
Jan (Johannes Hendrikus en zoon van Bernard) wordt in 1902 eigenaar van de blikfabriek, terwijl Willem (Wilhelmus Bernardus, 2e zoon van Bernard) in 1903 de werkplaats en winkel voor zijn rekening neemt. Stef Kaak, de zoon van Jan, komt in 1937 in dienst bij de Terborgsche Blikfabriek en volgt in 1953 zijn vader op.
Stef (Stefanus Wilhelmus) Kaak
*07-11-1920 +22-03-2009
Predicaat Koninklijk
AALTEN – Op 25 juni 2021 bestond het familiebedrijf Kaak 175 jaar. Dit werd gevierd met de presentatie van een boek over ontstaan en ontwikkeling van het bedrijf. Streekhistoricus Hans de Beukelaer uit IJzerlo verdiepte zich vele jaren in de geschiedenis van het bedrijf en noemt het boek ‘Stef Kaak. Een kleurrijk portret van een eigengereide Achterhoekse ondernemer’ een van zijn beste werken. Hij heeft archiefonderzoek gedaan om meer te weten te komen over de voorgeschiedenis van de familie Kaak en het bedrijf. “Stef Kaak is een boeiende persoonlijkheid”, zegt hij. “Ik ben onder de indruk van die man. Op zijn eigen manier heeft hij iets groots neergezet.“ Daarbij had hij vele malen conflicten met de gemeente. Hij ging het gevecht met de bureaucratie aan. Hij was ook een man van de streek en zeer verbonden met Terborg. “Hij bezat mensenkennis en zette graag mensen op het verkeerde been. Hij was ook verstandig. Als hij iets niet kon, liet hij het anderen doen.” Hij bleef het groter wordende Kaak als een familiebedrijf beschouwen, waarbij er een goede band is met het personeel. Het is inmiddels een multinational geworden met productielocaties in vier landen met een omzet van 150 miljoen euro.
HET VERHAAL VAN KAAK BEGINT HIER:
- 1817 Jan ten Eekelder vestigt zich als “blikslager” in Lichtenvoorde.
- 1826 Het bedrijf van Jan ten Eekelder wordt voortgezet door Johannes Hendricus Weenink als hij trouwt met Johanna van Harxen, de weduwe van Jan ten Eekelder.
- 1832 Johannes Antonius (Jan) Weenink wordt geboren in Lichtenvoorde. Deze Jan Weenink zal in de voetsporen van zijn vader treden.
- 1859 Jan Weenink vestigt zich in Terborg als “Koperslager en Loodgieter” op huisnr. 13 (wordt Hoofdstraat 25) Het bedrijf verhuist later naar nr. 32 (wordt Hoofdstraat 37)
- (1878…) 1881 Bernard Kaak begint in 1880 als knecht bij Bernardina Antoinetta Weenink-Lubbers, de weduwe van Jan Weenink (+ 1878). Na hun huwelijk (1881) wordt het bedrijf van Jan Weenink voortgezet onder de naam Firma B. Kaak.
- 1902 Johannes Hendrikus (Jan), zoon van Bernard, komt in het bedrijf.
- 1903 Wilhelmus Bernardus (Willem) (2e zoon van Bernard) Kaak komt ook in het bedrijf.
----------
Uit welke tak van familie Kaak komt Bernard Kaak (*29-06-1854 +29-04-1921):
Zijn overgrootouders: Bend Kaak, tapper, en Henrica Brouwers *1756 +24-01-1814, Wijnbergen, 58 jaar oud, daghuurster.
Zijn grootouders: Hendrik Kaak *01-09-1789 Zeddam (Montferland), steenenknegt, gehuwd 10-09-1811 met Mechteld Molenkamp (Meulenkamp), dienstmeid, *07-05-1782 Zelhem (Bronckhorst). Broers van Hendrik zijn o.a. Jan (1785), Antoon (1788).
Zijn ouders: Gerhardus Johannes (Gerrit-Jan) Kaak 30-01-1819 in Doetinchem +15-12-1870 in Silvolde, gehuwd met Geertruida Mullemans 1825-1898, kinderen:
- Hendrikus Johannes 26-06-1850
- Wilhelmina Mechelina 1853
- Bernard * 29-06-1854 Doetinchem +29-04-1921 in Wisch, gehuwd, 17-02-1881, met Bernadina Antonetta Lubbers 1848-1931
- Willibrordus 29-08-1856
- Johannes Antonius 11-10-1859
- Eduardus Franciscus 26-07-1865 in Silvolde
- Maria Francisca *1867 +05-10-1869 in Silvolde
Gezinsblad familie Kaak
Het heeft even tijd gekost om de familie, hierboven geschetst, te koppelen aan de directe familie van tante Trees, Nieuwenhuis-Kaak. Hieronder begint het gezinsblad of beter gezegd de gezinsbladen met Gerhardus (Gradus) Wilhelmus Kaak. Hij is de broer van Gerhardus Johannes (Gerrit-Jan) Kaak *1819-1870 (zie hierboven). Uitgelicht is zoon Bernard Kaak 1854-1921. Ook in de familie van Trees volgt na Gerhardus (Gradus) een Bernard: Bernardus, Wilhelmus Kaak 1853-1916.
Gerhardus (Gradus) Wilhelmus Kaak *24-08-1822 in Ambt-Doetinchem, gehuwd (29 jr.) d.d. 13-02-1852 met Johanna Schoenmakers *1820 in Steenderen. Hij huwt voor de 2e keer d.d. 07-02-1867 met Helena van Esch uit Oisterwijk als 44-jarige. Helena is 30 jaar oud.
Een van de kinderen:
Bernardus Wilhelmus Kaak, geboren in Doetinchem, *30-08-1853 +06-07-1916 en begraven 10-07-1916 in Lichtenvoorde, gehuwd met Maria, Elisabeth van Schijndel (1858-1929) op 12 juli 1880 in Waalwijk.
Bernardus was timmerman, 1615 mm lang, rond gezicht, hoog voorhoofd, blauwe ogen, een kleine mond en neus en blond haar.
Ze hadden de volgende kinderen:
- Johanna, Helena Kaak *22-04-1881 te Waalwijk +20-06-1956 Enschede, 75 jaar gehuwd 15-02-1919 met Bernardus Wilhelmus Wekking *09-01-1892 +26-06-1972, 80 jaar oud. Geridderd in de Orde van Oranje-Nassau, graad zilver
- Johanna, Maria Kaak *25-07-1882 te Waalwijk +30-03-1924 Loon op Zand, 41 jaar oud Loon op Zand, gehuwd 03-07-1912 met Carolus Petrus Johannes Hollants, geboren Loon op Zand *15-04-1890 +28-05-1975, 85 jaar oud
- Helena, Elisabeth Kaak *02-12-1884 +18-04-1937, 52 jaar oud, gehuwd 13-06-1907 met Nicolaas (Nic) van Gorcum *18-05-1884 +07-08-1970, 86 jaar oud, wonende St.-Antoniusstraat 57 te Waalwijk (zie foto van het huis hieronder)
- Theodora, Gertruda Kaak *22-05-1886 te Waalwijk +16-03-1969 's-Gravenhage, 82 jaar oud, gehuwd 31-07-1915 te Waalwijk, gehuwd met Hermanus, Jacobus Nieuwenhuis *01-10-1888 +19-08-1955, beide momenten te Lichtenvoorde
- Gerarda, Wilhelmina Kaak *30-03-1888 te Waalwijk +21-06-1905 te Waalwijk, 17 jaar oud
- Maria, Bernarda Kaak *29-08-1889 te Waalwijk +1986 Venlo, 96 jaar oud
- Petronella, Johanna Kaak *28-08-1891 te Waalwijk
- Jacoba Kaak *17-06-1893 te Waalwijk gehuwd 15-06-1920 met Jacobus Hermanus Heutinck te 13-12-1890 +06-06-1950 te Lichtenvoorde met als beroep smid en later als bedrijfsleider. Drie kinderen voortijdig overleden: 0,2 en 4 jaar. Ze hebben gewoond in Doetinchem
- Frederica Kaak *16-02-1896 te Waalwijk +03-02-1988 te Nijmegen, 91 jaar oud, gehuwd met Eduard Gustaaf Hollants
- Bertha, Maria Kaak *16-01-1898 te Waalwijk gehuwd 14-09-1921 te Waalwijk met Marinus Petrus Verhoeven *01-08-1895 +24-10-1944, 49 jaar oud, schoenmaker. 1 zoon *19-01-1922
- Bernardus Kaak *20-12-1899 +01-01-1900, te Waalwijk 11 dagen oud
- Wilhelmina Kaak *25-06-1903 te Waalwijk +12-05-1980 te Breda, 76 jaar oud, gehuwd met Henricus Arnoldus Bouleij *09-08-1900 +03-08-1985, 84 jaar oud
-
Wilhelmina Kaak *25-06-1903 en Henricus Bouleij *09-08-1900 hadden 1 kind: Catharina, Bernadette, Helena, Gerarda Bouleij 1934-2004. Op 26-08-1981 trouwde Henricus voor de 2e keer. Nu met Alida, Catharina, Maria Brouwer *26-10-1900 te Utrecht +30-05-1987 te Teteringen.
De familie van Bernardus Kaak en de familie Van Gorcum komen uit de regio Waalwijk. Wellicht stelt u de vraag waar de naam 'Waalwijk' vandaan komt? Door de jaren heen zijn er enkele oplossingen gegeven. Een extra moeilijkheid is dat de naam op verschillende wijze wordt geschreven. In 1200 schreef men 'Walwic', maar zo'n 30 jaar later werd het 'Walewijc'. Het woordgedeelte 'Waal' in het Middelnederlands ook wel 'wael' of 'wale' genoemd, heeft als betekenis 'diepe poel' of 'plas', bijvoorbeeld ontstaan door een dijkdoorbraak. Het tweede deel 'wijk' heeft als betekenis 'nederzetting', vaak met een bepaalde functie. Het komt van het Latijn 'Vicus' wat 'dorp' of zelfs 'straat' kan betekenen. Zo zou de uiteindelijke uitleg kunnen komen op 'nederzetting aan een diepe poel'. Een dijk werd vroeger ook wel een wal genoemd.
Hertog Jan II van Brabant verleende in 1303 stadsrechten aan Waalwijk. Hij wilde waarschijnlijk een militair bolwerk maken. Een jaar later verwoestten de Hollanders Waalwijk. Sindsdien kende Waalwijk geen ommuring meer.
Een grote invloed op de ontwikkeling had de St.-Elisabethsvloed van 1421. Op de plaats van de huidige Grotestraat woonden vroeger de inwoners op de toenmalige achterkade. Alle grond tot aan deze kade kwam onder water te staan. Vanaf dat moment is de kade de plaats geworden van waaruit Waalwijk zich ging ontwikkelen. In de jaren na de overstroming werd de Winterdijk aangelegd en werd gestart met het oprichten van de eerste grote gebouwen, te weten de oude kerk aan de voormalige haven en het inmiddels verdwenen klooster Nazareth.
Registratiekaart familie Kaak van Schijndel
Nieuwenhuis
De naam Nieuwenhuis is een wijd verspreide naam in Nederland en zal, in verschillende vormen en varianten (Nyhuis, Niehuis, Nyenhuis, etc.) in de meeste gevallen wel aan het Bentheimse stadje Nieuwenhuis, Nienhuis, Nienhaus (tegenwoordig Neuenhaus), tussen onze Drentse en Twentse grenzen gelegen, zijn oorsprong danken. Immers van oudsher zijn er steeds, jaar op jaar, jongelieden uit alle standen, zowel mannelijke als vrouwelijke, uit dit stadje naar Holland en Friesland getrokken, om daar werk te zoeken en te vinden. Bij een, meest in Holland gezeten geslacht Nieuwenhuis heeft deze naam echter een bijzondere oorsprong. In vorige eeuwen vestigde zich een Deen, Jacob Nyegaard geheten, in Holland metterwoon (om te wonen), en wel te Alkmaar. Het Hollandse volk maakte zich deze, voor zijn volksmond enigszins vreemde, naam weldra beter van pas door er als in letterspel nydigaard "iemand van nijdige aard" van te maken. Deze verbastering van zijn naam mishaagde onze Deen. Om dus te voorkomen dat deze verbasterde naam weldra volle gelding, als het ware burgerrecht zou krijgen, zette hij het Deense Nyegaard in het Hollandse Nieuwenhuis om. Zijn afstammelingen voeren deze naam nog heden.
Gezinsblad familie Nieuwenhuis
Gerrit Hendrik Nieuwenhuis, geboren 1761, gehuwd met Gerritje Janssen, geboren 1766, kind
- Antonius
Antonius Nieuwenhuis *02-04-1795 +12-06-1871 in Oosseld, landbouwer, 76 jaar oud, gehuwd d.d. 23-04-1824 in Doetinchem-Ambt met Theodora (Derksken) Pelgrim *17-05-1799 in Wijnbergen +31-10-1865, landbouwster, 66 jaar oud, kinderen te Ambt Doetinchem geboren:
- Evert *01-05-1825
- Gerhardus (Grades) *01-04-1826 gehuwd te Wisch met Johanna Petronella Christina de Bresser d.d. 04-02-1864, Grades 37 jaar oud en Johanna 26 jaar oud
- Hendrik-Jan *26-11-1828
- Theodorus *01-10-1830
- Harmanus *02-10-1832 +28-05-1864
- Catharina *14-07-1835
- Frederikus *22-04-1837 +11-05-1858 in Oosseld, klompenmaker, 21 jaar oud
- Gerhard *18-09-1840 +23-05-1841, 8 maanden oud
- Theodora
Harmanus Nieuwenhuis, *02-10-1832 in Doetinchem +28-05-1864, 31 jaar oud, landbouwer en herbergier, gehuwd met Johanna Delsink *16-09-1836, herbergierster, kinderen:
- Arnoldus Evert 1858-1911
- Gradus Everhardus Antonius 1862-1864
- Antonius Albertus 1863-
Arnoldus, Evert Nieuwenhuis *23-03-1858 in Gaanderen +06-02-1911 (52 jaar) in Lichtenvoorde en gehuwd in Wisch d.d. 19-11-1885 met Geertruida ten Eikelder *30-03-1856 in Silvolde +13-06-1923 in Lichtenvoorde, 67 jaar oud. Hij was klompenmaker.
Kinderen van Arnoldus, Everhardus Nieuwenhuis en Geertruida Eikelder:
- Hermanus Wilhelm Nieuwenhuis 06-01-1886 in Lichtenvoorde +12-03-1978 Groenlo, slagersknecht, 92 jaar oud, gehuwd met J.B. Oosterholt 1888-1967, kinderen:
- Arnoldus Everhardus Jacobus 1912-1970
- Johannes Bernardus 1915-1984
- Johannes Hendrikus 1917-1917
- Johannes Hendrikus 1920-1991
- Maria Wilhelmina Geertruida 1921-1922
- Johannes Bernardus Nieuwenhuis *13-05-1887 in Lichtenvoorde +27-08-1958 in Winterswijk, 71 jaar oud, landbouwer/klompenmaker, gehuwd d.d. 07-10-1926,met Johanna Aleida Betting *07-03-1902 in Aalten +14-01-1960 Groenlo, 57 jaar oud, kinderen:
- Antonia Arnolda Wilhelmina *18-12-1928, in Aalten, +2014
- Josephus Maria +06-06-1932 Aalten, 2 jaar oud
- Hermanus Jacobus Nieuwenhuis *01-10-1888 +19-08-1955, petroleumventer en voerman, 66 jaar oud, gehuwd 31-07-1915 in Lichtenvoorde met Theodora, Gertruda Kaak *22-05-1886 in Waalwijk +16-03-1969 's-Gravenhage,82 jaar oud, kinderen:
- Gerda, Maria 31-01-1917, gehuwd met Gerhardus Josephus Hummelink, brigadier van politie, *10-03-1910 +07-09-1964 (54 jaar) 's-Gravenhage, 1 kind doodgeboren NN (Nomen Nescio=naam onbekend)
- Maria, Bernarda *25-11-1918 +24-07-1946 te Lichtenvoorde, 27 jaar oud
- Theresia, Jacoba *24-08-1920 +21-03-2008 in Waalwijk, gehuwd met Joannes, Franciscus van Bavel *28-01-1917 in Tilburg +14-02-1984 (67 jaar), St.-Antoniusstraat 57 in Waalwijk (zie foto van adres hieronder), drie kinderen: Ton, Piet en Herman
- Arnoldus, Bernardus *12-06-1925
- Bernardus, Wilhelmus *21-02-1930 +03-07-1930 in Lichtenvoorde, 5 maanden oud
- Johannes Jacobus Nieuwenhuis *07-02-1894 +05-04-1951, 57 jaar oud, landbouwer, gehuwd d.d. 30-01-1918, met Theodora Johanna Nehling, kinderen:
- Arnoldus Wilhelmus Bernardus *05-10-1928 +13-09-2019 (zie overlijdensbericht hieronder)
- Agnes Bernardina Geertruida geboren op 14 maart 1931
- Joseph Johannes Bernardus geboren op 15 februari 1934
- Bernardus Antonius geboren op 20 november 1936
Geschiedenis schoenindustrie
De Waalwijkse schoenmakers waren in eerste instantie thuiswerkers, die voor een baas schoenen maakten en in huisjes woonden, welke door de baas waren gebouwd. Ze waren gesitueerd in bepaalde steegjes, de zogenaamde mijnen of dammen. Voorbeelden waren de Hooisteeg, de Goudmijn en de Leeuwenkuil, inmiddels veelal gesloopt. Hierna kwamen de fabrieksgebouwen o.a. Timtur, Hollandia en van Haren.
Gezinsblad familie van Gorcum
Wilhelmus van Gorcum g/m Anna Clara van Huijs
Kind:
Nicolaas van Gorcum *05-12-1788 Helvoirt +30-09-1859 te Sprang-Capelle, grutter, 70 jaar oud g/m Petronella Pols *21-05-1821 LOZ +11-06-1866, 45 jaar oud, Waalwijk
Kinderen:
- Wilhelmus van Gorcum *25-08-1848 Sprang +20-01-1849 Sprang
- Maria Anna van Gorcum *19-01-1850 Sprang
- Cornelis Johannes van Gorcum 1851-1928 Sprang
- Maria Anna *08-04-1859 Sprang
Cornelis Johannes van Gorcum, geboren in Sprang *04-10-1851 Sprang +16-04-1928 te Waalwijk, 76 jaar oud, schoenmaker. Gehuwd d.d. 08-08-1877 met Theodora Maria van de Leur *24-12-1850 te Drunen +04-01-1915 te Waalwijk, dienstmeid. In de registers wordt de naam Theodora met regelmaat vervangen door 'Dorothea'. Het betreft echter dezelfde persoon.
Ik heb al een overgrootvader (Theodorus van der Loo) die in het gevang heeft gezeten en Cornelis Johannes van Gorcum doet niet voor hem onder en ook hij heeft in het gevang gezeten als 19-jarige. Het gevangenisregister geeft aan op dinsdag 14-03-1871 het misdrijf te zijn gepleegd van het opzettelijk iemand werpen met vuiligheid te Naaldwijk door Cornelis Johannes van Gorcum.
Het is de tijd dat koning Willem III aan de macht was, en Nederland kende toen 4 miljoen inwoners.
Drie zussen van Gorcum: Marie, Leen en Pietje
Gezinskaart Cornelis J. van Gorcum en Theodora M. van de Leur
Mijn moeder, Cornelia Andrea Maria van Bavel en dochter van Helena Maria van Gorcum, was 9 jaar toen haar opa Cornelis overleed. Cornelis heeft gewerkt als schoenmaker. Negen kinderen uit dit huwelijk zijn:
- Petronella (Pietje) van Gorcum *17-06-1878 +06-11-1951, schoenstikster
- Maria (Marie) Antonetta van Gorcum *04-02-1880 te Waalwijk +30-03-1954 te Vught, 73 jaar, g/m **Piet van den Biggelaar *19-04-1871 te Vught +16-01-1952 te Vught, 80 jaar, huwelijk op 01-02-1910 te Waalwijk. Zie verderop het verhaal over kasteel Maurick. Piet had 1 broer: Johannes *28-04-1872 Vught +03-03-1953 Vught, 80 jaar
- Helena (Leen) Maria van Gorcum *10-08-1882 te Waalwijk +28-01-1962 te Tilburg, 79 jaar, dienstbode, g/m Petrus van Bavel geboren te Tilburg *30-05-1888 +, 27-08-1965 te Helmond, huwelijk op 05-06-1912 te Waalwijk. Getuigen: Johannes Hubertus van Bavel, 27 jaar, Franciscus Johannes van Bavel, 26 jaar, Nicolaas van Gorcum, 28 jaar en Antonius van Gorcum, 21 jaar. De bruid was 29 jaar en de bruidegom 24 jaar
- Nicolaas (Niek) Antonius van Gorcum, geboren op zondag 18-05-1884 te Waalwijk +07-08-1970 in Waalwijk (schoenmaker en later werkmeester schoenfabriek) g/m Helena Elisabeth Kaak (schoenstikster), geboren *02-12-1884 +zondag 18-04-1937 te Waalwijk, huwelijk op woensdag 14-06-1911 te Waalwijk, getuigen Petrus van Bavel, 26 jaar (opa) en Piet van den Biggelaar, 40 jaar. Zie hieronder huwelijksakte
- Antonetta Maria van Gorcum *11-07-1886 +22-01-1888 te Waalwijk
- Antonetta Maria van Gorcum *08-04-1888 +20-07-1888 te Waalwijk
- Cornelia (Corry) Maria van Gorcum *18-05-1889 +22-12-1956 te Waalwijk, schoenstikster, g/m Adrianus Woutherus van Oudheusden *26-07-1889 te Besoijen +11-08-1978 te Eindhoven (Valkenswaard), huwelijk op 22-10-1917 te Waalwijk. Hij was chef snijderij schoenfabriek. Ze kregen samen 10 kinderen
- Antonius (Ton) Josephus van Gorcum *01-09-1890 te Waalwijk, schoenmaker, g/m Catharina Cornelia van Meeuwen *09-10-1890 +13-07-1924 te Waalwijk, huwelijk op 12-07-1920 te Waalwijk. Ze hadden vijf kinderen:
- Theodora Johanna Maria *30-05-1921 +02-01-1986, 44 jaar oud, g/m Hubertus Johannes Leijtens 1918-1991, decoratie ontvangen in de orde van Oranje-Nassau: brons
- Waltherus Cornelis Maria *02-08-1922 +07-12-1988 te Nijmegen, 66 jaar oud, schoenmaker, g/m van Oers Maria Josephina
- Cornelis (Kees) Waltherus Maria *28-08-1925 +23-9-1984, 59 jaar oud, schoenmaker, g/m Antonetta Maria van den Nieuwenhuijzen
- Johannes Waltherus Theodorus 24-09-1927, schoenmaker
- Maria Petronella Johanna 01-02-1930
Rechts een foto van Petronella (Pietje) van Gorcum. Pietje was eerst stikker, later koffiezetster en schoonmaakster in het gemeentehuis Waalwijk van 1932 tot 1947. Maria (Marie) was dienstbode, net als mijn oma Helena die eerder stikker was.
Cornelia (Corry) Maria van Gorcum *18-05-1889 +22-12-1956 te Waalwijk g/m Adrianus Woutherus van Oudheusden *26-07-1889
- Anna (An) Godefrida van Gorcum *22-05-1894 +20-07-1936 te Waalwijk, 42 jaar oud, naaister, gehuwd 11-02-1922 te Waalwijk met Martinus Johannes Voogd *26-01-1892 +13-03-1962, 70 jaar. Hun oudste kind is Adriana (Jeanne) Theodora Voogd, *14-12-1922 +03-11-2010, die op zeer jonge leeftijd haar moeder verving door vroegtijdig overlijden.
Als 13-jarig meisje was ze, naast haar vader, verantwoordelijk voor het hele gezin en daarmee ook voor de opvoeding van al haar broertjes en zusjes. Het gezin kende 8 kinderen waarvan de laatste, Nicolaas (Niek), geboren werd op 16 juni 1936 en 1 maand later, 20 juli 1936, kwam moeder te overlijden op 20-07-1936. Hieronder gezinskaart Voogd.
Foto's
(in verschillende volgorde)
Gezin Van Bavel Van Gorcum linksboven Jan
Familie op bezoek bij Marie van Gorcum en Piet v.d. Biggelaar
Leen van Gorcum en Adrianus van Bavel
Bericht van Jan aan Dirk in Indië
Huwelijksfoto Jan en Trees
Opnieuw een bericht aan Dirk in Indië
In oorlogstijd met een groot stuk kaas, door ome Jan geregeld vanuit de kaasfabriek in Haaren/Boxtel waar Jan werkzaam was
Jan rolt een shaggie
Nic van Gorcum en Niek van Bavel
Nic van Gorcum op bezoek bij zus Leen en haar familie
Marie v.d. Biggelaar -
van Gorcum
Trees, Corry en Jeanne Voogd (Adriana Theodora Voogd)
De fotograaf maakt zich bekend
Wilhelminapark
Petronella (Pietje)
van Gorcum
*17-06-1878 +06-11-1951
Even indruk maken met al het aangeschaft materiaal, ook al werkt de telefoon niet
Jan in de Nijverstraat 7 Tilburg
Neef Herman
Jan met zijn nieuw aangeschaft speeltje
Trees, Corry, Jeanne Voogd en Theo
Dirk op weg naar Indië
Trees en Jan bij ons op bezoek in de Blaak Tilburg
Mijn peettante was een dienstbode of een dienstmeid. Zie ook de pagina 'Dienstbode in de 19e eeuw'. Mijn tante Trees was 17 toen haar tante Leen, Helena, Elisabeth Kaak *02-12-1884 +18-04-1937 (52 jaar) vroegtijdig kwam te overlijden. Nic van Gorcum, binnen de familie werden de namen Nic en Niek door elkaar gebruikt, om o.a. verwarring te voorkomen met oom Niek van Bavel, zoon van Leen van Gorcum. Nic was gehuwd met Leen Kaak, en zocht na overlijden van zijn vrouw bij zijn nichtje de huishoudelijke ondersteuning, waaraan het hem ontbrak. Later is mijn tante getrouwd met Joannes (Jan) van Bavel en de inwoning bleef St.-Antoniusstaat 57, bij Nic van Gorcum. Jan en Trees waren een gezin met drie kinderen.
In het Raadsbesluit d.d. 05-09-1968 werd vastgelegd de verkoop van de woning met tuin St.-Antoniusstraat 57, Waalwijk, sectie E nr. 979, aan J.F.M. van Bavel. Deze woning is in 1918 aan de St.-Antoniusstraat 57 in Waalwijk gebouwd.
Het huis is 95m² groot en het perceel is 169m². Er zijn 4 kamers, waarvan 3 slaapkamers.
Mijn derde voornaam Hermanus valt te herleiden naar de naam van de vader van Trees, die bij mijn geboorte in slechte gezondheid verkeerde en uiteindelijk kwam te overlijden op 19 augustus 1955. Hieronder twee schetsen waarbij geprobeerd is duidelijk te maken de familierelaties van Trees en haar echtgenoot Jan die uiteindelijk in elkaar lopen. Trees heeft een relatie met haar tante Leen Kaak en haar man Jan heeft dit via de familietak van Gorcum met zijn oom Nic van Gorcum. En Nic en Leen vormen samen een stel! U kunt de onderstaande schets gebruiken, succes.
Overlijdensberichten
Jan is al vroeg op 50-jarige leeftijd arbeidsongeschikt verklaard.
In de zeventiger jaren was Ome Jan zo ziek, dat hij opgenomen moest worden in het ziekenhuis in Den Bosch. Hij was ziek, maar wat hij mankeerde, weet ik niet meer. Samen met Trees hebben mijn vader, moeder en ik op een zondagmiddag ome Jan bezocht. Toen we aankwamen, heb ik de deur van een kamer geopend, helaas niet de kamer van Jan. Tot mijn verbazing zag ik een man op zijn zij in z'n blote kont op bed liggen. Hij keek me aan en ik kreeg de slechte gedachte dat deze man in afwachting was van een mooie verpleegster. Helaas, ik was het maar, en zeer zeker niet geïnteresseerd in deze man. Nadat ik de deur snel had gesloten, vonden we Jan in dezelfde gang.
Na het bezoek gingen we naar het huis van Trees om daar nog een bakkie te doen. Op hetzelfde moment ging de telefoon met het verzoek als de wiedeweerga opnieuw naar het ziekenhuis te komen, want het zag er slecht uit voor Jan met een reële kans op overlijden. Die middag werd hij bediend. De twee thuiswonende kinderen wilden niet mee en dus gingen wij opnieuw naar Den Bosch. Terwijl Jan bediend werd, riep hij steeds: 'Ik ga niet dood, ik ga niet dood, ik ga niet dood'. Hij kreeg gelijk, zijn gezondheid beterde en hij leefde nog jaren voort.
Ook wordt in het bidprentje vermeld dat Jan vaak materiële zaken weggaf en niet voor zichzelf hield. Met die eigenschap was hij achteraf niet altijd blij, hij bezat op jonge leeftijd mooie antieke accessoires zoals een Friese staartklok, pendules of een prachtige pathéphone, waar hij later mooie sier mee had kunnen maken. Jan was vroeger een zeer actief baasje, iets wat we in zijn latere leven minder terugzagen.
Bij het betreden van een keukentrapje kreeg Jan al hoogtevrees of beter gezegd dieptevrees, terwijl deze bink op jonge leeftijd een motorfiets bereed. Hij maakte volop foto's, zie hierboven hoe hij zijn jongere broer Dirk van foto's van thuis voorzag tijdens de deelname van Dirk aan de oorlog in Indië. Hij beschikte over een donkere kamer waar hijzelf zijn foto's ontwikkelde. Hij kocht antieke meubels en klokken waarmee het ouderlijk huis werd opgefleurd. Tijdens de Tweede Wereldoorlog regelde hij vanuit de melkfabriek Boxtel waar hij toen werkte dat de familie niets tekort kwam. Op een foto hierboven is te zien het grote stuk kaas op tafel.
In het verleden kreeg ik op jonge leeftijd heel veel negatieven van Jan, van foto's die hij in het grijze verleden eerder gemaakt had, om opnieuw af te drukken. Later heb ik de analoge foto's gedigitaliseerd en heel veel foto's zijn nu terug te vinden in deze kroniek.
Het bidprentje van Trees bleef bij weinig woorden, wat de juiste weergave is van hoe ze in het leven stond. Het waren niet veel woorden, maar ze kwamen wel vanuit het hart.
Op 18 april 1937 kwam Leen Kaak te overlijden en bleef Nic van Gorcum als weduwnaar achter. Op 5 juni 1937 liet Trees zich inschrijven in het register in Waalwijk en ging als dienstbode bij Nic aan de slag.
Nic (Nicolaas Antonius)van Gorcum 1884-1970 en Leen (Helena Elisabeth) Kaak 1884-1937
Schoenenbranche
Nic van Gorcum heeft in de schoenenbranche gewerkt en heeft zich ontwikkeld tot werkmeester. Nic zorgde ervoor dat Jan, toen hij Trees ontmoette en bij hem inwoonde, een baan in de schoenenbranche kreeg. Ze hebben beiden hun arbeidzaam leven doorgebracht in de schoenfabriek.
Jan heeft een periode in de speeltuin van de Efteling gewerkt voordat hij in de schoenenbranche terechtkwam.
De Efteling is ontstaan vanuit het initiatief om de kinderrijke gezinnen, in de jaren dertig in de 20e eeuw bij weinig werkgelegenheid een sportpark aan te bieden. Een recreatievorm die verder reikt dan de jaarlijkse kermis.
Toen het R.K. Sport- en Wandelpark op 19 mei openging, is het park ontstaan. Het plan werd in 1933 bedacht door pastoor De Klijn en kapelaan Rietra. Later moest kapelaan Rietra nog een speeltuin en theehuis toevoegen aan dit plan.
De drijfveer van de kerk achter het plan, verwoord in het gezegde 'Mens sana in corpora sano', ofwel 'een gezonde geest in een gezond lichaam'.
In 1949 volgen grootse plannen met het park: een groot recreatiepark met bergen en 10 hectaren water. In dit jaar wordt vanuit de schoenindustrie een tentoonstelling gehouden "De schoen 49". In 1952 wordt het sprookjesbos geopend.
Zie hieronder de geschiedenis van de schoenfabriek uit de Antoniusstraat, de straat waar Jan en Trees woonden. Hierin de opkomst van de schoenenbranche en ook hun teloorgang.
Gebr. de Graaff, schoenfabriek in Waalwijk
(Door: Ton van Schijndel; uit: Perfinpost nr. 131, november 2019)
In 1910 bezochten Godefriedus, Adrianus en Antonius de Graaff (zie afbeelding 1) de wereldtentoonstelling in Brussel en besloten daar hun drie afzonderlijke schoenmakerszaken samen te voegen onder de naam ‘fa. Gebr. de Graaff’ en een moderne fabriek te bouwen voor het machinaal vervaardigen van schoeisel. 1)
Afb. 1: De gebroeders Godefriedus, Adrianus en Antonius de Graaff 2)
De plannen verliepen voorspoedig en op in juli 1911 ging het nieuwe bedrijf van start (zie afb. 2).
Afb. 2: schoenfabriek van de Gebr. De Graaff aan de St.-Antoniusstraat in Waalwijk 3)
Afb. 3: de perfin G 2 van Gebr. De Graaff in Waalwijk 4)
Begonnen werd met de fabricage van degelijk dames- en herenschoeisel.
Ze brachten de schoenen onder de naam "The G. shoes" op de markt (zie afbeelding 4).
Afb. 4: advertentie in de Limburger Koerier van 15 september 1923 5)
De schoenen werden vooral populair vanwege hun goede kwaliteit en vooral de provincie Limburg bleek veel interesse te hebben in deze kwaliteitsschoenen. Ook in het buitenland was er belangstelling: de schoenen werden vóór de 1e WO met name uitgevoerd naar IJsland en Duitsland. Al snel bleek de fabriek te klein. Er werd besloten 200 vierkante meter, bij te bouwen om een ruimer en overzichtelijker fabricageproces te krijgen.
Hieronder volgt een tijdlijn.
- 07-03-1908: Aanbouw schoenmakerswerkplaats St.-Antoniusstraat 40, G. de Graaff
- 21-08-1909: Verbouwing schoenfabriek, vergroting werkwinkel St.-Antoniusstraat 32, A. de Graaff
- 08-04-1963: Uitbreiding schoenfabriek St.-Antoniusstraat 100A, Leon de Graaf
Regelmatig bleef de fabriek de normale producten op de binnenlandse markt leveren, tot in 1923 haar aandacht werd gevraagd voor orthopedisch werk.
Afb. 5: advertentie in Trouw 31 juli 1959 5)
De opening voor machinaal maatwerk en de vervanging van het handmaatwerk was hiermee geboren.
Vanaf deze tijd werd de zaak in de richting van de ‘gemakschoenen’ gestuurd, waarvan de gebroeders De Graaff de eigenlijke grondleggers zijn (zie ook afbeelding 5). Ze werden tot 1963 geproduceerd.
Ook werden de schoenen geëxporteerd naar Engeland en maakten er aardig opgang, totdat in 1926 de invoerrechten zo hoog werden opgetrokken, dat de schoenprijzen niet meer betaald konden worden. Later werd nog geprobeerd uit te voeren naar Nederlands-Indië, wat aanvankelijk leek te lukken, maar door de economische crisis in 1930 viel ook de Indische export in elkaar.
Ook na de Tweede Wereldoorlog bleef de firma schoenen produceren.
In 1953 had de firma nog een stand op de Internationale Tentoonstelling Schoenen, Leder en Mode (S.L.E.M.), gehouden in Waalwijk van 21 t/m 31 augustus 1953 (zie afbeelding 6).
Afb. 6: Stand van de firma Gebroeders de Graaff op S.L.E.M. in 1953 6)
Sinds 1966 is de neergang van de schoenfabrieken op gang gekomen. Midden jaren tachtig volgde de definitieve nekslag.
Van neef Herman kreeg ik de volgende informatie.
Jan heeft altijd gewerkt bij de schoenfabriek Martino in Kaatsheuvel, waar fabricage van kinder- en meisjesschoenen en laarsjes. Ook Herman heeft aldaar gewerkt. Nu heeft Herman een eigen taxibedrijf waar hij trots op is. Nog anderhalf jaar en dan gaat hij met pensioen. Herman is enkele maanden jonger dan ik (1955). Het verwondert mij niet dat Herman uiteindelijk een taxibedrijf is begonnen. Hij heeft samen met Mimi zijn ouders met regelmaat naar de familie gebracht met zijn auto. Hij was toen al een ervaren autorijder.
HvB taxiservice Waalwijk
Volgens Herman heeft zijn vader Jan bij Martino niet met plezier gewerkt. Jan werd later overspannen en was vaak ziek.
Dat jakkeren en jagen was niet zijn ding, je vraagt je af bij wie wel. Met een stopwatch in de hand werd geklokt of handelingen op tijd verricht werden. Zie hieronder foto's uit de Martino fabriek. Het mooie handwerk en daarbijbehorende handvaardigheid om mooi schoeisel te maken werd uiteindelijk ordinair productiewerk, waarbij de werknemer als een machine werd beschouwd, met enkel werken om in snel tempo zoveel mogelijk zoveel paar schoenen per uur te maken. Uiteindelijk eindigde de schoenindustrie in Nederland en vond er een verschuiving plaats van arbeid naar lage lonen landen.
1966 40 jaar directeur C.J. van Wijck
Directeur C.J van Wijck te midden van de nieuwe collectie schoenen
07-04-1932
Uitbreiding 1932
Inbraak 20-03-1944
18-03-1944
Pauselijke onderscheiding
Nic van Gorcum was actief binnen de katholieke Arbeidersbeweging St.-Willibrordus (fabrieksarbeidersbond), afdeling Waalwijk. Tijdens de vergadering van 3 november 1961, bij het 60-jarig bestaan, werd Nic gehuldigd als pionier van deze werknemersbond. Hij vond dat er te veel eer hem ten deel viel en ontving alle lofuitingen in grote bescheidenheid.
In de krant 'De echo van het zuiden', een Waalwijkse en Langestraats Courant van 23 oktober 1961 wordt het volgende vermeld en tot u spreekt Deken dr. B. v.d. Hurk:
'Persoonlijk heb ik uw leven niet meegemaakt, maar mij is bij vele gesprekken duidelijk geworden dat gij voor de KAB onzichtbaar bent geweest. En dat gij voor deze organisatie een rijk en verdienstelijk leven hebt geleid'.
De Deken noemde de onderscheiding "Pro Ecclesia et Pontifice", die heer Nic van Gorcum ten deel was gevallen, een erkenning van de kerkelijke eenheid die hij voor zijn persoonlijke verdiensten en ook een erkenning voor de gehele KAB en in het bijzonder voor de afd. Waalwijk.
Deze wel zeer prettige mededeling voor de KAB die gedaan werd tijdens de zeer druk bezochte receptie van zondag, welke gehouden werd in de zaal van de heer de Nijs, was de kroon op de feestviering van deze organisatie. Van alle zijden werd dan ook deze pionier van de KAB gekwalificeerd met deze pauselijke onderscheiding.
De heer van Gorcum mag deze decorering, die met algehele instemming plaatsvond, ook zien als een huldebetoon voor het vele werk dat hij voor de KAB heeft verricht.
Aanwezig waren naast de zeer eerwaarde heer Deken, burgemeester Teijssen, wethouder Smolders, landelijke diocesane, plaatselijke organisaties zoals vertegenwoordigers van de CNV en NVV.
Op de intieme bijeenkomst van bestuur en feestcomité 's avonds in café de Nijs, waar ook Nic van Gorcum aanwezig, dankte deze op hartelijke wijze dat allen die hebben meegewerkt om vooral voor hem deze dag tot een onvergetelijke te maken. Hij zei dat hij het altijd tot zijn plicht heeft gevoeld om zijn KAB-werk te doen. Hij was blij dat het werk van de pioniers niet tevergeefs is geweest.
In de slechte jaren toen iedere arbeider de barre tijden aan den lijve ondervond, kwam bij hem het idee voor ogen dat ie zich moest inzetten voor het organisatiewerk. Hij bedankte het KAB-bestuur voor alles wat het gedaan had en noopte dat vooral de jongeren zich voor het organisatiewerk zouden inzetten. Voorzitter van Mosselveld dankte het feestcomité voor het vele werk wat was verricht om deze feestviering te doen slagen.
Bestuur van de Katholieke Arbeiders Bond Waalwijk en Besoijen. Met op de voorste rij van links naar rechts: de heer Van Kol, de heer Westenburger, W. Bruurmijn, Cor van Mosselveld, Niek van Gorcum, ?, ?, ? en Jos van Seters. Op de achterste rij: de heer Klerks, ?, de heer Van Heeswijk, Jan Boons en Albert Verhoeven.
Nic staat achterste rij 5e van links, hij zat in het bestuur en speelde klarinet
De eerste officiële foto van de feestvierende harmonie St.-Crispijn gemaakt in 1913 ter gelegenheid der Onafhankelijkheidsfeesten in de St.-Antoniusparochie. Nic van Gorcum is voorzitter van de harmonie geweest. (zie dezelfde foto hieronder)
Het bestuur van het R.K. Lederbewerkersgilde St.-Crispijn en Crispinianus van Waalwijk en Besoijen in 1913. Het vaandel van het gilde hangt op de achtergrond. Van links naar rechts: P. Kelder, ?, N. van Gorkum, F. Passier, Beekmans, J. Verhoeven, Stokwielder, ?
Harmonie St.-Crispijn, opgericht 30 augustus 1911, tijdens de onafhankelijkheidsfeesten. Eerste uitruk met uniformpetten. Zittend 1e rij v.l.n.r.: J. Scholts; J.F. Alessie; W.A. van der Lee; A.J. Kelder. Zittend 2e rij v.n.l.r.: J. Bergmans; A.J. Mahieu; Lammers; P.J. Hurkmans; G.W. Voogd; Jac. M. Didden. Staand v.l.n.r.; E.A. Hurkmans; M. Beerens; A. Glaudemans; N.A. van Gorcum; P. Smolders; J. Schellekens; C.P. Didden; P. Dieleman; NN ; Seb van der Pennen; Berh. de Peffer; Fr. Passier; J. Maaiwee
De Harmonie St.-Crispijn bij hun 12,5-jarig bestaan. De foto is gemaakt bij de St.-Petrusschool. Zittend van links naar rechts: G. Duivelaar, J. Bergmans, N. van Gorkum, E. Hurkmans, dirigent, A. Stravers instructeur, C.P. Didden, J. Schalken. Staande van links naar rechts: J. Koolen, Löwenthal, J. de Grauw, P. Hurkmans Ezn., NN, G. Bergmans, NN, E. Hurkmans Ezn., A. Hurkmans Ezn., A. Kelder, Kouwenberg, C. Scholten, J. van Lier, P. Casteleyn, H. van Loon, J. Korthout, G. van der Sanden, J.M. Didden, M. Hurkmans Ezn., J. Hensen, Fr. Bataille, van Loon, G. Voogd, J. Mahieu, Jan van Riel, Kouwenberg, W. van der Lee
Leden van Harmonie St.-Crispijn bij het 12,5-jarig jubileum. Zittend van links naar rechts: 1: ?. 2: Didden. 3: N. van Gorkum. 4: Hurkmans. 5: Bergmans. Staande juist boven Hurkmans: A. Bergmans. Geheel rechts: G. Duyvelaar. Andere namen onbekend, circa 1924
Berichtgeving lokale krant
Nic actief bij de Harmonie
Kandidatenlijst gemeenteraadsverkiezingen in 1927
Zoon Piet geboren in 1952
Nic en Leen berichtgeving 25-jarig huwelijksfeest
Industrie- en handelstentoonstelling
Overlijdensbericht Leen Kaak 1937
Oprechte deelneming
Akten
Logeerpartijtjes
Logeerpartijtjes van vroeger werden georganiseerd, vaak zonder het 'slachtoffer' hierin te betrekken. Wij, kinderen, die uit logeren gingen, gaven ons daarbij geheel passend in dit ritueel in die tijd volledig als makke schapen over. Enig verzet zou ook weinig zin hebben gehad. 'Jij weet helemaal niet, hoe leuk dit gaat worden', was dan het antwoord van je ouders. Mijn jongste broer kan er nog zeer overtuigend en met veel emotie over vertellen. Aan de neus van mijn broer ging voorbij voor het eerst de in de familie gestarte dagtripjes in Nederland en België. De zomervakantie werd daarmee aardig gevuld totdat mijn broertje weer thuiskwam. Toevallig!
Onze buren deden in de zomervakantie aan woningruil. Mensen uit Beverwijk kwamen in de vakantie naast ons wonen. Mijn zus vond dit heel leuk en kreeg er meteen een vriendinnetje bij. Mijn ouders kregen het idee om mijn jongste broer een logeerpartijtje aan te bieden in Beverwijk. Geheel tegen zijn in, maar dat deerde niemand, behalve hijzelf, en dat telt niet! Uiteindelijk is het voor hem een waardeloze vakantie geworden. Meer op het niveau van een verplichte toeristische kennismaking met delen van Noord-Holland. Minder een fijn harmonieus samenzijn met familie Udink. Een leeftijdgenoot uit dit gezin mocht hem, met veel tegenzin, twee weken vergezellen. Mijn broertje moet zich heel eenzaam gevoeld hebben, hij slenterde vaak alleen door de straten. Overigens vind ik Noord-Holland één van de mooiste provincies van Nederland. Ik heb er later met mijn gezin vele vakanties doorgebracht.
Ook ik had niet altijd een plezierige ervaring met het logeren gaan. Ik was een jaar of elf, en ook ik werd 'uitgeleverd' aan de familie. Wat is me daarvan bijgebleven? Als voorbeeld: een wat ouder leeftijdgenootje van de familie verzocht mij mijn portemonneetje leeg te schudden voor aanschaf van sigaartjes, wat we stiekem zouden oproken. Het jongste leeftijdgenootje en ik vonden het verschrikkelijk vies en de oudste mocht alles houden. Tenslotte was het zijn idee.
De eerste drie weken waren voorbij en Ik ging samen met de familie waar ik uit logeren was naar de verjaardag van mijn moeder. Van tevoren was het 'geintje' uitgehaald om mij een trein te beloven. Dan moest ik wel na de verjaardag van mijn moeder nog twee weken langer bij hun uit logeren gaan. Dit tot groot verdriet van mijn moeder, die me zo ongeveer de hele zomervakantie al had gemist. Maar voor een elektrische trein doe je alles, toch? De drie weken voorafgaand waren verschrikkelijk en mensonterend. Verstand op nul vanwege de beloofde elektrische trein ging ik toch weer richting logeeradres. Om hiermee vijf weken vol te maken. De trein heb ik jammer genoeg uiteindelijk niet gehad, wel een heel mooi rood sportautootje.
Wij kenden van huis uit geen ruzie tussen onze ouders. Ze konden weleens mopperen op elkaar, maar een echte ruzie heb ik nooit gekend. Tijdens die logeerpartij werd ik meegenomen naar een plek waar deze ouders elkaar hadden ontmoet, verkering kregen en later zijn getrouwd.
Het had een hele mooie herbeleving moeten worden van die momenten dat ze nog kriebels in hun buik hadden. Het leidde echter tot een ordinaire ruzie. Na een cafébezoek waar iets teveel tot zich werd genomen of nog wilde nemen. De ruzie zette zich voort tijdens de reis terug naar huis en zelfs tot diep in de nacht. Ik zat 's avonds voor de televisie in de achterkamer en in de voorkamer werd over onze hoofdjes heen de ruzie uitgevochten. Ik wierp op een gegeven moment toch maar een blik richting de voorkamer, waarop het oudste leeftijdgenootje schreeuwde: 'Kijk voor je'. De reactie was keurig in stijl met de rest van de familie.
Ik schreef eerder hoe tante Anny mij op 13-jarige leeftijd persoonlijk in de douche op zaterdag afsopte, hier bij deze logeerpartij mocht ik het op 11-jarige leeftijd zelf doen. Toen had ik een klein beetje steun wel als plezierig ervaren.
Ik ben in deze periode van vijf weken logeren, bewust geworden van het feit dat het met mijn buik niet goed zat. Wat ik mankeerde, ik wist het niet. Het zou nog 26 jaren duren voordat ik erachter kwam dat ik al vanaf mijn geboorte de ziekte coeliakie had. In 1955 was deze ziekte nog een onbekend fenomeen. Het zat nog in een pril stadium van onderzoek. Elke zaterdagmiddag werd tijdens het logeren op het eind van de middag frietjes met kroketten geserveerd. Dit fenomeen was bij ons thuis minder bekend. Mijn moeder gaf steevast naar mij aan, wanneer ik me weer eens niet goed voelde, dat het kwam omdat ik niet tegen 'vet eten' zou kunnen. Toen ik deze conclusie van mijn moeder in 2023 voorlegde aan prof. dr. Bouma, specialist in (refractaire) coeliakie en werkzaam binnen het AMC en VUMC, gaf hij aan dat het 'vet eten' vroeger vaker als oorzaak werd genoemd. Ik was vanuit ETZ Tilburg doorverwezen naar het AMC omdat het weer behoorlijk mis was gegaan resulterend in veel buikpijnklachten, vlokatrofie en geïrriteerde maagwand. Uit de periodieke onderzoeken bleek dat er mogelijk sprake was van refractaire coeliakie. Een expertise waarin het ETZ nog niet is gespecialiseerd.
Elke zaterdagnacht zat ik prompt op de wc met diarreeklachten omdat ik teveel gluten had binnengekregen. Nogmaals, allemaal nog zonder enig besef wat ik eigenlijk mankeerde. Ik sliep op de kamer van degene die bijna tien jaren ouder was dan ik. Om de personages anoniem te houden zullen we deze persoon 'Kees' noemen. Door de week leverde dat geen enkel probleem op. Kees was vaak van huis. Het werd lastiger op zaterdag- en zondagavond. Hij kwam dan aangeschoten of dronken thuis. Door mijn fysieke klachten lag ik te ijlen in mijn bed, waarop Kees schreeuwde dat ik mijn kop moest houden. Wakker geschrokken door zijn agressieve reactie, probeerde ik de slaap weer te pakken te krijgen.
Op een middag heeft hij met een bijl in de hand een familielid met zijn leven bedreigd. Hij zat hem in de huiskamer achterna en zou hem kapot maken. Het brandend as van zijn pijp vloog de kamer in en dwarrelde als kleine vuurmonsters richting de grond. Ik zocht bescherming bij de rest van de familie en samen huilden we tot het moment daar was, en wij de hoop hadden dat het op zou houden. Het slachtoffer ging naar het politiebureau, maar heeft uiteindelijk toch geen aangifte gedaan. Later heeft hij in de tijd in een woede-uitbarsting een ander familielid afgeranseld.
Terug naar mijn verhaal. Een aantal jaren voor haar dood belde tante Trees mij op, met het verzoek om weer eens langs te komen. We waren elkaar al jaren uit het oog verloren. En alsof het zo moest zijn, heb ik samen met Resie nog hele mooie momenten gekend met haar. Ik vond het een hele lieve nuchtere vrouw. Haar bijzondere lach zit nog in mijn geheugen gegriefd. En of het zo moet zijn, ook mijn vrouw en ik dragen de namen 'Johannes' en 'Theresia'.
Na al die reeds afgelegde logeerpartijtjes kreeg ik als 15-jarige, bij een bezoek aan ome Dirk en tante Mien, opnieuw een verzoek tot logeren. Op basis van eerder opgedane ervaring wist ik zo snel geen smoes te verzinnen en gaf aan eerst mijn pyjama thuis te willen ophalen. Dat was goed en neef Nico zou me vergezellen. Thuis aangekomen fluisterde ik moeder de smoes in naar Nico aan te geven dat ik niet uit logeren kon omdat ik de volgende dag moest werken bij de bloemist. Ik verdiende vanaf mijn twaalfde jaar een centje bij met bloemen verkopen. Onverrichter zake reisde Nico weer richting Bieslookweg.
Ik sluit dit verhaal af met mijn eigen citaat: "Ik hoef niet zo nodig op reis om me thuis te voelen."
Kasteel Maurick
Mijn oom en tante hebben elkaar leren kennen op kasteel Maurick. Maar eerst wat meer informatie over het kasteel en zijn bewoners zelf.
Onder de rook van Den Bosch, aan de rivier De Dommel in Vught, vindt je Kasteel Maurick. Zonder twijfel één van de mooiste kastelen in Nederland. Het is gelegen op een eilandje bij de Dommel. Het is niet meer in oorspronkelijke staat. In 1504-1509 is het vermoedelijk verbouwd door Jan Heyns, een van de bouwmeesters van de Sint-Janskathedraal in 's-Hertogenbosch.
De heren van Vught 1257
De heren van Vught beginnen op een verhoogd eiland bij Vught met de bouw van een huis, dat later zou uitgroeien tot Kasteel Maurick. Eén van de dochters van de eerste bewoners van deze bijzondere plek trouwde met een lid van familie Maurick.
Kasteel Maurick 1421
Dit alom bekende Vughtse kasteel dankt zijn naam aan Kathelijne, de weduwe van Hendrik van Mauwerick, die in de jaren 1421-1429 de scepter over het kasteel zwaaide. Zij was een dochter van Reinier van Aelst, die samen met Ghijsbrecht Liscep, eigenaar van het kasteel was. De familie Liscep had het kasteel al sinds 1324 in bezit.
Familie Heym 1464
Kasteel Maurick, in eerste instantie Heymhuizing genaamd. Deze familie Heijm is het langst gebonden geweest aan Kasteel Maurick, namelijk tot 1681.
Prins Maurits van Oranje 1601
Prins Maurits van Oranje neemt zijn intrek in Kasteel Maurick en richt hier zijn legerhoofdkwartier in.
Prins Frederik Hendrik van Oranje 1629
Prins Frederik Hendrik van Oranje belegerde de stad ‘s-Hertogenbosch en maakte hiervoor gebruik van Kasteel Maurick als legerhoofdkwartier.
Familie van Beresteyn 1681
Familie van Beresteyn wordt eigenaar van Kasteel Maurick. Jacob van Berestyn was gedurende 22 jaar burgemeester van Vught. Het kasteel blijft in handen van de familie van Beresteyn tot 1884.
Rembrandt van Rijn 1884
Kasteel Maurick wordt openbaar verkocht. Twee portretten, geschilderd door Rembrandt van Rijn, worden gevonden. De portretten hangen nu in het Metropolitan Museum of Art in New York.
Augustinus van Lanschot 1891
Kasteel Maurick wordt gedurende twee jaar gerestaureerd en verbouwd naar de huidige staat. Het kasteel was in handen van een lid van bankiersfamilie van Lanschot, Augustinus van Lanschot. Hij was gedurende 24 jaar burgemeester van Vught en ontving later de Militaire Willemsorde, de hoogst mogelijke onderscheiding, voor zijn verdienste tijdens de Tweede Wereldoorlog. In een later stadium werden ook elektriciteit en centrale verwarming in het kasteel aangelegd. Toen de familie van Lanschot het kasteel verkocht, kreeg het kasteel de nieuwe functie van hotel-restaurant.
Nieuw leven 2015
Compagnons Klaas van Leengoed en Niek van Lieverloo blazen het kasteel nieuw leven in. Door het opnieuw inrichten van de ruimtes en het combineren van de rijke geschiedenis met de hedendaagse mogelijkheden weten zij hun gasten te verrassen en een unieke beleving mee te geven.
Familieverhalen op het landgoed van kasteel Maurick
Piet van den Biggelaar was verantwoordelijk voor het tuinonderhoud rondom het kasteel Maurick in Vught. Hij staat in de boeken ook vermeld als 'winkelbediende', wellicht in zijn begintijd. Hij woonde op het adres Dijk van Maurick 14 met zijn echtgenote Maria Antonetta van Gorcum, (roepnaam Marie). In totaal stonden aan de Dijk van Maurick twaalf woningen, deze zijn waarschijnlijk in de 19de eeuw gebouwd door het beheer van kasteel Maurick. Ze waren bestemd voor personeel of mensen die op een of andere wijze te maken hadden met het landgoed. Door de aanleg van de A2 zijn deze woningen in 1955 gesloopt en werd de Maurick-poort ca. 200 meter teruggeplaatst.
Uiterlijke kenmerken van Piet van den Biggelaar i.v.m. militaire dienstplicht op 19-jarige leeftijd (1891) zijn: Lengte 1.67, aangezicht ovaal, voorhoofd laag, ogen bruin, neus groot, kin rond en haar en wenkbrauwen bruin. Ze hadden geen kinderen. Mijn oma, Helena (Leen) kon het goed met haar zus Marie vinden. Mijn moeder en haar broers met partners kwamen graag op bezoek en ook het landgoed kasteel Maurick sprak hun zeer aan. Ome Jan heeft daar zijn geliefde, tante Trees, ontmoet. Ik vermoed dat oom Nic met zijn dienstbode Trees op bezoek ging bij zijn zus en zwager in aanwezigheid van de andere familie, Van Bavel-Van Gorcum, o.a. in de persoon van Jan.
René Haans, voormalig schooldirecteur ROC Zorg en Welzijn, en een collega waarmee nog regelmatig contact, samen met zijn vrouw Dinie Kluijtmans, ze is net als wij afkomstig uit de Vredesparochie waarin we als kind zijn opgegroeid, vult dit verhaal aan met de volgende informatie:
Opa Haans werd chauffeur bij burgemeester Van Lanschot. Hij kon in een gedeelte van Huis Muiserick vrij wonen en verdiende FL 35,00 per week. Villa Muyserick kwam vanaf eind 19de eeuw o.m. in bezit van respectievelijk de families Van Lanschot (1909) en Philips (1934). De naam Van Lanschot associëren we -terecht- met bankieren en het burgemeesterschap (van Vught). De familienaam Philips associëren we in dit verband misschien verkeerd. Vader Philips was in de 30' er jaren directeur van sigarenfabriek 'Antonio' aan de Havensingel, hoek Halve Maanstraat in 's-Hertogenbosch. Zijn dochter zou eind 20ste eeuw helaas bekendheid krijgen als ware ze de Bossche Anne Frank. Brieven van de in de oorlog omgekomen Fanny werden gevonden en gepubliceerd in een ontroerend boek, waarin ook historische foto's van het landgoed zijn opgenomen.
Augustinus van Lanschot, telg uit de bankiersfamilie Van Lanschot en zelf eveneens koopman en bankier, had het Kasteel Maurick in Vught gekocht. Hij gebruikte het kasteel dat hij in 1891/1892 liet restaureren en verbouwen als zomerverblijf. Zijn zoon August werd later eigenaar. Hij was burgemeester van Vught van 1899 tot 1923. Samen met zijn vrouw, de uit België afkomstige jonkvrouw Marie Gertrude Julie Charlotte Mathilde Hubertine Ghislaine Lagasse de Locht (1886-1963) bewoonde hij het kasteel dat hij deels ook als gemeentehuis gebruikte. Opa ging wonen in een bijgebouw Huize Muyzerick dat direct links van de oprijlaan naar kasteel Maurick ligt.
Later werd het kasteel verkocht aan de N.V. tot exploitatie van het landgoed Maurick, die een hotel-restaurant begon, om het kasteel vanaf 1963, na het overlijden van de jonkvrouw en vrouw van de burgemeester te verhuren aan de Nederlandse Vereniging van Wegenbouwers. De restaurantfunctie bleef behouden.
Sinds 2 juli 2007 werd N.V. Monumenten Fonds Brabant eigenaar van kasteel Maurick, en ook deze exploiteerde er een restaurant. In 2015 werd het restaurant gesloten door een faillissement. In september 2015 werd opnieuw als restaurant in gebruik genomen. In de tijd dat opa chauffeur was, moest hij regelmatig een ritje naar Brussel maken, waar de vrouw van de burgemeester vandaan kwam. Ze hield van hard rijden en moedigde opa hiertoe ook aan. Elke keer moest er een minuutje afgeknabbeld worden. Iedereen had het al eens gezegd:
“het kan niet uitblijven of hij krijgt met zijn roekeloos rijgedrag nog eens een ongeluk.”
Hoe het ongeluk plaats heeft kunnen vinden, is een raadsel gebleven, maar op de Tilburgse weg ging het mis. Opa belandde in kritieke toestand in het ziekenhuis, terwijl de burgemeesters vrouw het er goed vanaf bracht.
Gelukkig herstelde opa.
Gezellig voor het huisje van Piet en Marie
Alle zwart-witfoto's zijn midden jaren veertig vorige eeuw geschoten door Jan van Bavel
Maak jouw eigen website met JouwWeb