We gaan trouwen
De eerste dag op de kleuterschool is om nooit meer te vergeten. Je denkt leuk, mijn moeder neemt mij in de vroege ochtend al mee uit. We zullen wel weer naar een of andere tante gaan. Ja, vroeger spraken we zo ongeveer ieder bekend vrouwspersoon aan, met 'tante'. Voor snoep en koek zijn we tot alles bereid. En wat dacht je van een glaasje Exota, zal wel weer gewoon ranja worden. Kom ik op een plein vol kinderen en ineens laat mijn moeder mij los en ik word in de menigte meegezogen richting ingang van een of ander gebouw. Lang heb ik daarna nog gedacht dat ik op dat moment mijn armen laag had moeten houden, wat ik helaas niet deed. Ik zette het ook nog eens op een krijsen, wat helemaal fataal is gebleken. Leek een roep om aandacht, terwijl ik stilletjes wilde verdwijnen onder moedersrok. Uiteindelijk is mijn optreden dan ook noodlottig geworden, het hoofd, mevrouw Leijten pakte mijn hand vast en trok mij al jankend het schoolgebouw in. Weg moedertje, zonder enig overleg opgenomen in een of ander gesticht. Dit was het dan, hij mocht slechts vier jaar oud worden en is eenzaam en alleen gestorven.
Gelukkig kwam moedertje mij weer ophalen tegen twaalf uur en leek het toch allemaal minder erg. Ik heb moeder niet meer aan een functioneringsgesprek onderworpen, hoewel dit zeer wel op zijn plaats zou zijn geweest. Zo ga je niet met kinderen om!
Van vreselijk erg ging het snel naar bijzonder gezellig. De omgeving was veel beter toegerust op een vierjarige dan thuis. Moeder wilde het thuis altijd piekfijn in orde hebben en er mocht niets verkeerd staan. Een scheve stoel werd dan ook weer snel recht onder de tafel geplaatst. Bij juffrouw Ans was het tiptop geregeld. Zelfs de toiletten waren op ons, kleine mensjes, afgestemd. En in het lokaal bij juffrouw Ans een grote bak op poten, vanbinnen belegd met lood zodat er water in kon en er bootjes in konden varen. Een poppenhoek en een hoek om je te verkleden. Ook het meubilair was perfect op ons afgestemd. Juffrouw Ans vond ik veel leuker dan al die (oude) tantes waar ik eerst met moeder naartoe moest. En ze las dagelijks voor uit Pinkeltje van Dick Laan. Zo denk je dood te zijn, en dan vervolgens begeef je je in de hemel. Ik wil hier nooit meer weg. Maar het allermooiste moet nog komen! In mijn klas zat namelijk een meisje dat twee deuren naast ons in de Beatrixhof woonde: Jacqueline Jooren. We konden het goed met elkaar vinden en al snel hebben we elkaar beloofd: "Wij gaan later met elkaar trouwen". Mijn toekomst was verzekerd!
Na schooltijd ging ik ook veel met Jacqueline om, en we gingen vaak zwemmen. We hadden een abonnement en de moeder van Jacqueline was een superzuinig mens. Dit abonnement moest er dus dubbel en dwars uitgehaald worden: weer of geen weer. En toen is het noodlot eigenlijk toegeslagen. Eerst moesten we een dikke drie kwartier lopen om bij het zwembad in de Zouavenlaan te komen en daarna zat ik opgescheept met een broodmager rillend meisje, blauw van de kou en zittend, met de knietjes opgetrokken, in een vreselijk lelijk zwempak waar ik geen enkele vrouwelijke vorm in terug kon vinden, en die steeds maar riep: 'Ik heb het koudddddd'. Tja, sorry hoor, daar word ik niet warm van.
Puzzel 04-01-1975 Familie Jooren viel weer eens in de prijzen
De traditionele foto gemaakt op de kleuterschool
Foto 1960. Maquette van het nieuwe gemeentelijke zwembad dat aangelegd zal worden op een 3 ha groot terrein, omgrensd door de Baroniebaan, het voormalig Bels lijntje en de Zouavenlaan (later Friezenlaan), ontworpen door Van Wesselo en Van de Voort uit Bussum.
Dezelfde Jacqueline maar nu ruim 60 jaar later. Is ze toch goed 'opgedroogd', vind je niet? Haar man Hein is degene waarmee ik op de lagere school heb gezeten en later zongen we samen in het kerkkoor van de Vredeskerk.
Maak jouw eigen website met JouwWeb